ND 20 juli 2024

Ooit was Europa heel succesvol in omvolking. We hebben drie werelddelen een andere bevolking gegeven

Opinie

 Europa heeft in het verleden heel succesvol Noord- en Zuid-Amerika en Australië van een nieuwe bevolking voorzien, schrijft Frits van den Boomgaard. Misschien zijn we daarom nu zo bang dat zoiets bij onszelf gebeurt.

Een aantal Nederlandse politici nam de term ‘omvolking’ graag en veelvuldig in de mond. Tot ze doorkregen dat hun gedachtegoed iets minder goed zou kunnen liggen bij bepaalde groepen kiezers. 

 

Deze term werd in vroeger tijden met enthousiasme gebruikt door Duitse politici voor hun eigen expliciete streven naar het vervangen van ‘minder hoogstaande’ bevolkingsgroepen door zogeheten Germaanse volken. Ze zouden een hoger beschavingspeil hebben – aldus de toenmalige Duitse politici plus hun aanhang.

 

De genoemde huidige Nederlandse politici gaan nog steeds uit van zo’n expliciete doelstelling bij degenen die de omvolking nastreven. Maar het zou nu in omgekeerde richting gaan: het blonde Germaanse ras zou met opzet vervangen of verdrongen worden door andere wereldbolbewoners: mensen met zwart haar, een donkerder huidtint en/of een islamitische achtergrond. 

 

Blijkbaar schatten zij dit zogenoemde opzettelijke streven naar (omgekeerde) omvolking als zó succesrijk in, dat dit expliciet door hen bestreden dient te worden. Want anders dreigt immers het Germaanse (superieure?) ras op korte termijn uit te sterven – of toch minstens een marginaal verschijnsel te worden.

Eerst heette omvolking ‘beschavingsoffensief’

Ik zet het vergrootglas op twee aannames: het succesvolle karakter van omvolking en de expliciete motieven

 

Sinds de vorige eeuw heette het omvolking. Voor die tijd hoorde je ‘beschavingsoffensief’ of ‘het vestigen van een machtig koloniaal rijk’. Die historische pogingen tot omvolking waren pas écht succesvol. Het waren bewegingen in de richting van: het verdringen van de oorspronkelijke niet-West-Europese bevolking in een gebied, inclusief haar cultuur, rijkdom en soevereiniteit. Dat gebeurde door mensen met een lichtere huidskleur en met een vermeend hoger beschavingspeil.

 

Kijk bijvoorbeeld eens naar Australië. Dan blijkt de bevolking met Europese wortels daar nu zo’n 90 procent te bedragen (tegenover 4 procent oorspronkelijke bewoners en 6 procent overige). In Latijns-Amerika is er geen enkel land waar de oorspronkelijke bewoners boven de 50 procent van de huidige bevolking uitkomen, met heftige percentages voor Argentinië (2 procent inheems tegenover 97 procent met Europese roots) en Brazilië (0,83 procent inheems). En de Verenigde Staten? Daar stamt ruim 59 procent af van witte migranten, en nog eens 14 procent van onvrijwillig naar Noord-Amerika verscheepte Afrikanen. 

 

Kortom: de pogingen tot omvolking van gebieden die voorheen helemaal niet Europees of Germaans waren, zijn in drie werelddelen buitengewoon ‘succesvol’ geweest, met extreem hoge percentages Europese afstammelingen. 

 

Daar steekt de zogenaamde omgekeerde omvolkingsbeweging hier in Nederland maar schamel bij af: hier zijn slechts 0,7 miljoen mensen van de huidige 17,9 miljoen inwoners in het buitenland geboren, dus 4 procent is recentelijk ‘omgevolkt’. Niet zo succesvol dus. En als je de percentages wilt ophogen door bijvoorbeeld Nederlanders van Surinaamse, Antilliaanse of Indonesische afkomst erbij te rekenen, dan dien je wel te bedenken dat zij hier zijn omdat wij daar waren.

Waaróm doen mensen pogingen tot omvolking van een gebied?

Dat brengt me bij de tweede aanname: de expliciete motieven. Ofwel: waaróm doen mensen pogingen tot omvolking van een gebied?

 

Historisch gezien was er de overtuiging van de superioriteit van het eigen ‘ras’, en soms ook van de eigen religie. De omvolking vond daarbij soms onopzettelijk plaats, bijvoorbeeld door de decimering van de oorspronkelijke bevolking via besmetting met meegebrachte ziektekiemen waarvoor men ter plaatse nog niet immuun was. Maar niet zelden was er wel degelijk sprake van deportatie, etnische zuivering en grootschalige verkrachtingen met onder meer als doel de ‘zuiverheid van het andere ras’ te ondermijnen. 

 

De twee andere voornaamste motieven lijken te liggen in het vergaren van bodemschatten en andere rijkdom en het vergroten van macht en invloedssfeer. Let wel: dit waren motieven van een indringer, een veroverende en bezettende mogendheid met macht. Niet van vluchtelingen voor oorlog of armoede die elders een veilig heenkomen zochten – uitzonderingen daargelaten.

 

Met ook als resultaat een enorm gemarginaliseerde en gereduceerde inheemse bevolking van vaak minder dan 5 procent?

Is het dan niet erg onlogisch om de komst van migranten van nu, zoals vluchtelingen of expats, te relateren aan een omvolkings-ideologie? En om tegelijkertijd mensen van toen te zuiveren van alle blaam, terwijl zij doorgaans geen geheim maakten van hun superioriteitsgevoelens en hun machtsstreven. 

 

Met bovendien als resultaat dat zij en hun Europese nakomelingen uiteindelijk in drie werelddelen buiten Europa 50 tot 90 procent van de nationale bevolking vormen. Met ook als resultaat een enorm gemarginaliseerde en gereduceerde inheemse bevolking van vaak minder dan 5 procent?

 

Zouden we dit heel misschien ‘projectie’ kunnen noemen? - het verschijnsel waarbij je iets van jezelf ontkent, verbergt of verdringt en toeschrijft aan iets of iemand anders.